Tag Archives: arcade fire

Jaarlijstje

Maandag 8 november. Dat was de datum dat de vijftig door OOR uitgekozen journalisten, influentials, programmeurs en bloggers hun jaarlijstje voor 2010 moesten inleveren. Te vroeg om twee zeer belangrijke platen nog mee te kunnen nemen: My Beautiful Dark Twisted Fantasy van Kanye West en Fabric 55 van Shackleton. Zo vallen er elk jaar slachtoffers door de combinatie releasedata/deadlines van maandbladen. Was Amy Winehouse’s Back To Black in Engeland in hetzelfde jaar uitgebracht als in Nederland, dan was dat dé plaat van 2007 geworden, en niet de Arctic Monkeys. Nu zetten sommige journalisten de (import)plaat in 2006 in hun jaarlijst en niet in 2007.

Twee weken terug volgde de uitslag: The Suburbs van Arcade Fire werd met een straatlengte voorsprong op nummer 2, High Violet van The National, gekozen als beste plaat van het jaar. Een te verwachten winnaar. Arcade Fire is zowel bij het publiek als pers geliefd en The Suburbs was een van de grootste releases van het jaar. Ik was blij met deze keuze. Het was niet mijn favoriete plaat van het jaar, het is wel een van mijn favoriete bands en ik was degene die de plaat recenseerde voor OOR.

Mijn jaarlijstje in OOR zag er zo uit:
1. The Tallest Man On Earth – The Wild Hunt
2. John Grant – Queen of Denmark
3. Arcade Fire – The Suburbs
4. Faberyayo & Vic Crezée – Het Grote Gedoe
5. The Tunes – Pududu!
6. Gold Panda – Lucky Shiner
7. Säkert! – Facit
8. oOoOO – oOoOO
9. Agnes Obel – Philharmonics
10. Flying Lotus – Cosmogramma

Inmiddels zijn we anderhalve maand verder en heb ik mezelf al verscheidene keren voor mijn kop geslagen dat ik Klavierwerke van James Blake vergeten ben. Of, vergeten? In een jaarlijstje mogen geen EP’s en geen live-albums staan, reden waarom bijvoorbeeld ook het fenomenale Special Moves van Mogwai niet in mijn lijstje staat. Daarom kwam het niet bij me op om Klavierwerke te noemen.

Nu was 2010 hét jaar van de EP. The Tallest Man On Earth, Houses, Flying Lotus, Case Mayfield, Houses, Nikoo, Balam Acab, Girls, oOoOO, The Crookes, Antony And The Johnsons: allemaal brachten ze geweldige EP’s uit, die ik niet in mijn jaarlijst kon opnemen. Wat dat betreft zouden de regels wel wat soepeler mogen. Een album als fysieke vorm is immers aan het verdwijnen, en als concept is er weinig verschil tussen een EP of een album. Daarbij: dan maken goede mixtapes ook eens een kans.

Dat ik oOoOO er dan wel in zette was tweeledig; enerzijds wist ik dat degene die de lijstjes verzamelde bij OOR de producer niet zou kennen en het waarschijnlijk niet zou checken om te zien of het een album was of een EP, anderzijds staan er zes nummers op en kan ik verdedigen dat het een kort album is. Er zijn complete punkplaten die korter zijn dan de 25 minuten die deze plaat duurt.

Het samenstellen van zo’n lijst is ook altijd een manier om je goede (lees: semi-obscure) smaak te etaleren. Dat is heel verleidelijk; je weet dat collega’s en lezers je zullen beoordelen op je lijstje. Een semi-obscure, bij voorkeur door Pitchfork, Fact of State de hemel ingeprezen ‘moeilijke’ plaat bovenaan je jaarlijstje moet de indruk wekken dat je een Zeer Goede Muziekkenner bent. Indie-snobisme, het muzikale equivalent van de lengte van pikken vergelijken. De mijne is moeilijker/obscuurder/beter gerecenseerd/door meer collega’s genoemd dan de jouwe, dus ik heb er meer ‘verstand van’.

Heb je zogenaamd essentiële releases als Arcade Fire, Flying Lotus of Kanye West niet in je lijst staan, dan kan je bijna niet serieus genomen worden als kenner. Het is een gevoel dat wel heerst onder de ‘kenners’, maar zelden wordt uitgesproken. Iemand schreef er zelfs een heel tof artikel over. Hieronder vind je mijn jaarlijstje zoals dat op dinsdag 28 december 2010 samengesteld is, met zo min mogelijk overpeinzingen over hoe deze top 15 geïnterpreteerd gaat worden bij collega’s of lezers. Het zijn simpelweg mijn favoriete platen van dit jaar, met veel moeite samengesteld. Er was zoveel moois! Is het artikel van Michael Lopez ook op mij van toepassing?

Dat levert nu het volgende lijstje op:
1. The Tallest Man On Earth – The Wild Hunt
2. John Grant – Queen of Denmark
3. Arcade Fire – The Suburbs
4. Faberyayo & Vic Crezée – Het Grote Gedoe
5. Case Mayfield – EP
6. The Tunes – Pududu!
7. oOoOO – oOoOO
8. Gold Panda – Lucky Shiner
9. James Blake – Klavierwerke
10. Säkert! – Facit
11. Agnes Obel – Philharmonics
12. Sleigh Bells – Treats
13. Flying Lotus – Cosmogramma
14. Vampire Weekend – Contra
15. Ariel Pink’s Haunted Graffiti – Before Today

Recensie XL: Arcade Fire – The Suburbs

Wat te schrijven over zo’n complex, intelligent en omvangrijk werk als de derde cd van Arcade Fire, een van de belangrijkste bands van de afgelopen tien jaar? Genoeg, zo blijkt. Er komt altijd de nodige druk bij kijken als je voor OOR de openingsrecensie van de recensie-rubriek mag schrijven. Zeker als het zo’n belangrijke plaat is als The Suburbs van Arcade Fire, die een maand daarvoor nog op de cover stonden. Gelukkig ben ik fan van het eerste uur. Een kritische fan bovendien, die gezien zijn Last.fm statistieken niet over één nacht ijs gaat bij zo’n recensie.

Nu mochten er maar 450 woorden in deze recensie (ter vergelijking: normaal is 200 de max). Deze versie had ik eerst op papier staan:

ARCADE FIRE – THE SUBURBS
Dertig. Het is meer dan zomaar een leeftijd, het is een levensfase. De eerste haren worden grijs of vallen uit, de biologische klok begint te tikken, de eerste successen (baan, huis, relatie) zijn binnen, en soms steekt die venijnige ‘Is Dit Alles?’-vraag de kop op. Het is een leeftijd waar je naar toe groeit, meer dan bij je twintigste of veertigste. Dertig betekent een moment voor reflectie op waar je staat in het leven. Een moment om eens voorzichtig over de schouder te kijken naar de weg die je hebt afgelegd en de doelen die je zo’n jaar of vijftien eerder hebt opgesteld. Win Butler, roerganger van Arcade Fire, werd dit jaar dertig. Ten tijde van hun debuut (Funeral, uit 2004 alweer) was Arcade Fire een zevental dat de hele wereld aankon en grote dromen had. Op dat album vierden ze het leven om de doden te gedenken, op derde album The Suburbs is Win (want ja, hij ís Arcade Fire) zich bewust van zijn eigen vergankelijkheid. Dat besef werd nog eens bevestigd doordat een oude vriend Win, uitgerekend in zijn laatste jaar als twintiger, een foto stuurde van zichzelf met zijn dochter, staand bij het winkelcentrum waar hij vroeger met Win rondhing. Dat zette een stroom aan herinneringen, terugblikken en overpeinzingen in gang die als een rode draad door The Suburbs loopt. Een album waarop Win terugkijkt op de tijd dat hij opgroeide in de suburbs van Houston. Het is niet zozeer die schijnbaar veilige, idyllische thuishaven (zoals ook American Beauty en Lunar Park aantoonden) waar hij naar terugverlangt, het is de onveranderlijkheid, ongecompliceerdheid, dromen, belevenissen en gedachten van toen die zo haaks staan op de snelle tijd van nu (Suburban War). De dagen dat je je nog mocht vervelen zonder je schuldig te hoeven voelen (Wasted Hours), of de tijd dat je nog wist wat wachten was en je smachtte naar een brief van het meisje waar je heimelijk verliefd op was (We Used To Wait). Dat resulteert in een complex album waar de nostalgie soms vanaf druipt en The Boss geregeld om de hoek komt kijken, maar de op Neon Bible nog aanwezige zwaarmoedigheid, dramatiek en ‘vroeger was alles beter’ teneur behendig ontwijkt. The Suburbs heeft een rijker, diverser en uitgebalanceerder (noem het vooral niet ‘volwassener’, maar ‘evenwichtiger’) geluid dan zijn twee voorgangers, maar ook minder afzwaaiers en uitschieters. Geheel in stijl is het ook een plaat die bedoeld is om in zijn geheel te beluisteren, en daarom op iTunes ook alleen als album te krijgen is. Met zestien nummers en meer dan een uur muziek betekent dat een flinke kluif, die met twee á drie nummers minder wél hun magnus opus zou zijn geweest. Zonder dat er ook maar één slecht nummer op te vinden is, overigens, al komt Month Of May enigszins in de buurt. Het lijkt alsof Win, met een lichte paniek dat hij de beste jaren van zijn leven al achter zich heeft liggen, zichzelf wil overtreffen en zo zijn doel nét voorbij schiet. Misschien had hij toch een jaartje eerder het ouderlijk huis moeten verlaten.

Dik 500 woorden. Dat is ingekort tot deze versie. De reacties, 15 op het moment van schrijven, zijn gemengd en dat is een goed teken. De opmerking dat er wel erg veel over het verhaal achter de plaat gaat is een rake observatie. Dat heeft echter ook een reden; bij een band die zó bekend is, zó’n eigen geluid heeft, met zó’n plaat/insteek/verhaal komt en in een tijd waarin je de cd zelf binnen 5 minuten op je harde schijf kan zetten en je oordeel kunt vormen is het niet meer nodig heel diep in de muziek zelf te duiken. Waar ik dat wel deed was het nodig om de verschillen tussen de vorige twee en deze te verduidelijken. Het blijft tenslotte ook een recensie. Het is alleen jammer dat sommige lezers nog steeds denken dat een recensie alleen maar een duim omhoog of een duim omlaag moet zijn. Dat is een andere discussie en wellicht leuk om hier eens te posten. Dat er voor OOR.nlbegrippen zoveel reacties op kwamen was een goed teken. Het gebeurt niet vaak dat ik tevreden ben met een recensie van mijn eigen hand, maar deze vond ik geslaagd.