Kris Berry en Perquisite: twee puzzelstukken die in elkaar grijpen

KrisBerryPerquisiteSnapshotDinsdagavond, begin juli, Amsterdam-Centrum. Het is zo’n typische avond waaraan we de Verloren Zomer van 2013 zullen herinneren; te warm voor een trui, te koud voor een t-shirt, te bewolkt om van de zon te genieten en te zonnig om binnen te blijven. Het twijfelweer komt vijf mensen in ieder geval niet zo slecht uit; Jasper Slijderink, Jelle Huiberts, Marnix Dorrestein, Kris Berry en Perquisite. Zij zullen deze avond binnenskamers doorbrengen. Dat is de schuld van die laatste twee. De jazz-zangeres en de componist/producer hebben de handen ineen geslagen voor een bijzonder mooi album (Lovestruck Puzzles) en gaan dat ook live ten gehore brengen. Daarvoor moet gerepeteerd worden en Jazzism is uitgenodigd om een kijkje te nemen bij de repetitie.

Maar daarover straks meer. Eerst even terug naar 2011, naar het Amstelveld in Amsterdam. Daar vindt in café Nel een jamsessie plaats. De (dan nog) onbekende Kris zingt, Perquisite kijkt en hoort dat het goed is. Nog diezelfde avond worden ze aan elkaar voorgesteld. De afspraak om samen iets te maken volgt pas wanneer ze beiden op een tribute voor Amy Winehouse zijn. Kris op het podium, Perquisite in het publiek. Na afloop wacht hij haar op en nodigt haar uit in zijn studio. Perquisite: “Ik was geraakt door haar performance en hoe ze zong. Ik vind veel zangeressen goed, maar dat het me echt raakt heb ik maar bij enkelen. Muziek is een vorm van emoties uiten. Ik vind het superbelangrijk dat je als vocalist rechtstreeks in contact staat met je emoties en dat kan uiten. Kris kan dat.”

Pas begin 2012 vinden de twee tijd om in de thuisstudio van Perquisite aan de slag te gaan. Voor Perquisite, die op zijn solo-album Across met twaalf verschillende vocalisten werkte en voor soundtracks ook gastmuzikanten als Jasper Slijderink en Renske Taminiau inschakelde, is het niet ongewoon om mensen uit te nodigen in zijn studio. Kris had echter geen idee wat ze kon verwachten.
Kris: “Ik dacht dat het voor een film zou zijn, hij maakte op dat moment veel soundtracks. Dat betekende dat ik iets anders kon doen dan wat ik op mijn debuutplaat Marbles (2012) laat horen; ik kon lekker hard en hoog zingen, iets doen wat ik normaal nooit doe.”
Perquisite: “Ik had een opzetje gemaakt en daar hebben we samen een nummer van gemaakt. Hoewel die track uiteindelijk niet op de plaat is gekomen, vonden we het resultaat meteen heel mooi. Daarna zijn we samen aan de slag gegaan; achter de piano al improviserend samen nummers maken. Wat daar uit kwam was nog veel toffer.”
Kris: “We werkten echt samen. Wat mij opviel was dat hij iets speelde en plotseling stopte, terwijl ik aan het zingen was. In het begin begreep ik dat niet. ‘Wat zou jij nu zingen?’ vroeg hij op zo’n moment. Dan ging ik verder, en vulde hij mij weer aan”.
Perquisite: “Na vier of vijf nummers merkte ik dat onze samenwerking goed werkte. Na Hitchhike voelde ik dat het een compleet album moest worden. Alleen moest ik wel Kris daar nog van overtuigen. Dat lukte gelukkig.”


En zo gebeurt het dat Lovestruck Puzzles het licht ziet en de twee met band op tournee gaan. Dat brengt ons naar een kleine, boogachtige ruimte van een paar vierkante meter onder een spoorbrug. Zo bijzonder als de samenwerking tussen Perquisite en Kris Berry is, zo glamourloos is de plek waar ze repeteren. Er hangen wat lampen om het geheel niet helemaal een kerkerachtige sfeer te geven. Op de grond tapijt, hier en daar een leeg bierflesje en een paar halfvolle koppen koude koffie, wachtend op een tik die ze doet omvallen. Om de paar minuten denderen er treinen over, op weg naar Amsterdam CS. Het is de enige stoorzender; voor de deur rijden auto’s voorbij, voetgangers komen hier niet. Een ideale plek om in alle rust toe te werken naar de releaseshow van Lovestruck Puzzles, op 19 september in de Melkweg.

Daarvoor moet er nog wel even gas gegeven worden. Lovestruck Puzzles is nog niet eens af op het moment dat we de oefenruimte binnen stappen. Perquisite heeft de hele dag in de studio gezeten om de blazerspartijen op te nemen. Het klinkt ‘zó dik!’, verzekert hij de anderen enthousiast: “Ik heb het opgenomen zoals ze dat in de jaren zestig ook deden; met zijn allen rond één microfoon” legt hij uit. Veel meer tijd om te praten is er niet. Een paar dagen daarvoor belde Giel Beelen, of ze bij hem in de radioshow willen aanschuiven. Daar hoort ook een cover bij. De keuze is gevallen op Waves van Mr. Probz, een rustig hiphopnummer. Ze zijn er nog niet over uit hoe hun versie precies gaat klinken. Dus zet gitarist Marnix nog maar eens in. Na enkele maten valt drummer Jelle in, gevolgd door Perquisite op cello en Jasper op toetsen. Kris zit op het trappetje naar de deur, en zingt zachtjes vanaf een uitgeprint tekstvel in haar hand. Binnen een halve minuut gebaart Perquisite dat ze kunnen stoppen. Hij kijkt naar Jelle. “Ik zou de kick niet meteen weggeven” adviseert hij. “Begin anders met alleen de hi-hat.”. Kris op haar beurt heeft weer een tip voor Perquisite: “Misschien moet je die partij eens met strijkstok proberen te spelen”. Marnix zet weer in, en Jelle volgt, deze keer beginnend met alleen de hi-hat. Perq speelt met strijkstok, Jasper doet zijn bijnaam ‘de octopus’ eer aan door met zijn rechterhand de toetspartij te spelen en met zijn linker de Korg voor de baslijn. Opnieuw stoppen ze na een halve minuut. “Zullen we de akkoordenwisseling alleen in de vierde maat doen?” stelt Perquisite voor. “Nee, dat is niet nodig” meent Jelle. Marnix is het met hem eens. Kris wijst naar Jasper: “Ik mis van jou even zo’n ‘tadatadatada’”. Ook Perquisite heeft een verzoek aan de toetsenist: “Mogen de keys nog wat spaciër?”. Dat kan. Even lijkt het alsof Starship Enterprise aan komt vliegen als Jasper de nieuwe instellingen probeert. “Ik heb deze synthesizer net gekocht. Dat is constant feest” verzekert hij. Dan vliegen de technische termen over tafel, vooral tussen Jasper, Pieter en Marnix: ‘Zullen we het laatste refrein in 8 spelen?’, ‘eens in As proberen?’, ‘hoe klinkt het in dubbel tempo?, ‘zeker geen modulatie toepassen daar, anders wordt het moeilijk intoneren’. Perq wil Marnix nog wat vragen, maar komt niet op zijn naam en noemt hem ‘dinges’. “Mijnheer Dinges weet niet wat swing is” zingt die op zijn beurt en schudt met zijn heupen. Iedereen schiet in de lach, Perq probeert hem al lachend met zijn strijkstok te prikken. Marnix springt grinnikend weg. Met zijn 22 is de gitarist de goedlachse benjamin van het stel, die met stropdas om zijn hoofd geknoopt (‘ik zit in mijn hippiefase’) met komische kwinkslagen de lol er in houdt op de momenten dat de concentratie verslapt.


Zo gaat het een uur door: Inzetten, invallen, en na een seconde of 20, 30 weer stoppen en opnieuw overleggen. Om half tien pakt Kris een boterham uit haar tas en begint te eten. Tijd voor pauze. Er is bier, de deur gaat open en de koele avondlucht wordt met open armen verwelkomd. Buiten vertelt Perquisite over de voortgang van het album en deelt cd’tjes uit met de laatste mixen. Na een kwartiertje is het tijd om weer naar binnen te gaan. De set voor de tweede try-out wordt van voor tot achter doorgenomen. Op de setlist van ‘vliegende keep’ Perq staat achter elk liedje een (c) of een (b), die aangeeft of hij in dat nummer cello of bas speelt. De nummers gaan geregeld de fout in, waarna er gestopt wordt. Ondanks dat ze morgen op de planken staan is er van druk geen sprake. Er valt geen onvertogen woord, de kritiek is steeds constructief en er wordt naar elkaar geluisterd. Er wordt overlegd, gelachen en weer opnieuw ingezet. Na Hitchhike, de eerste single en tevens toegift, volgt een gezamenlijk applaus. Het is klokslag 23:30.

Een paar weken later zitten we weer bij elkaar. Hitchhike is inmiddels lovend ontvangen, het optreden bij 3FM ging goed, en de releasedatum is vastgesteld op 20 september. Het album is nu echt klaar en ligt bij de cd-perserij en zelfs de zomer is eindelijk aangebroken.

Wat leer je van zo’n samenwerking?
Kris: ”Extreem veel. De eerste paar keer dat ik blij naar huis fietste na een dag in de studio voelde als een verademing. ‘Op een andere manier kan het dus ook’, dacht ik. Hij heeft een andere benadering dan wat ik gewend ben, is meer een producer. In het begin was het een keer van ‘schrijf jij effe de tekst, dan speel ik nu de baspartij in. Ik spreek je over een uur’. Daar schrok ik van. Ik ben gewend om thuis te werken, om 3 uur ’s nachts als ik een issue heb en er over wil schrijven. Dan komt het, of niet. Aanvankelijk dacht ik ‘ik kan niet op commando schrijven’. Tegelijkertijd daagde het mij uit. Uiteindelijk bleek zijn aanpak heel productief; je doet een koptelefoon op, pakt een laptop en gaat aan de slag. Het zijn twee vormen van creativiteit, een analytische vorm en een uit noodzaak. Met Pieter combineerde ik die twee.”
Perquisite: “Dat componeren uit noodzaak herken ik ook. Soms word ik midden in de nacht wakker, ben geïnspireerd en ga meteen iets maken. Tegelijkertijd sta ik ook gewoon om 9 uur op, ga om 10 uur de studio in en maak ik een track af. Wachten op inspiratie, daar geloof ik niet in. Inspiratie kun je afdwingen. Die komt vanzelf als je begint.”

Wat hadden jullie voor ogen?
Perquisite: “Op Marbles laat Kris vooral haar gevoelige kant horen. Ik was benieuwd wat er zou gebeuren als je haar stem zou combineren met meer knallende drumbeats en groove-based muziek. Ik geloof in contrasten. Tegelijkertijd moest het een album met één sound worden.”

Kris komt uit een meer jazzy geluid, jij meer uit de hiphop. Samen komen jullie uit op een groovebased sound met sixties-invloeden. Was dat makkelijker dan om richting elkaars stijl te gaan?
Perquisite: “Het kenmerk van een goede samenwerking is dat je naar elkaar toekomt, elkaar respecteert en elkaars sterke punten de ruimte geeft. We doen hier iets wat ik nog niet eerder heb gedaan en voor haar vanzelfsprekend is, en andersom. En als je naar onze afzonderlijke platen luistert hoor je dat deze invloeden er bij ons beide altijd al waren; misschien alleen wat minder uitgesproken.
Kris: “Ik geef een groot deel van mijzelf, en hij een groot deel van hem. Dan komt dit er uit. Het is een kans om mezelf uit te dagen in veelzijdigheid. Ik laat een andere kant van mijzelf horen. Dat maakt onderdeel uit van de zoektocht om dichter bij te komen bij wie ik ben.”

Je zegt: ik wil dicht bij mezelf komen door met iemand te werken die heel anders is dan mijzelf. Dat klinkt paradoxaal.
Perquisite: “Toch is het niet tegenstrijdig. Je komt dichter bij jezelf op de momenten dat je jezelf uitdaagt en plaatst neemt tussen onbekende mensen, of in een vreemde omgeving bent. Zo’n situatie doet je beseffen wat jou onderscheidt van anderen en wat jou bijzonder maakt.”
Kris: “Als je vooruit wilt komen heb je contrasten nodig.”
Perquisite: “In de live-band hebben we soms discussies die best hoog oplopen. Dat betekent dat mensen een duidelijke eigen mening hebben. Ik heb nog steeds een soort droombeeld in mijn hoofd dat ik een band moet hebben waarin alles van een leien dakje gaat. Dat ideaalbeeld heb ik losgelaten. Zo’n ideale situatie levert niet de beste ideeën op. Je moet juist wrijving, struggle en af en toe misschien zelfs een beetje ruzie hebben om tot het beste resultaat te komen.”

Dit artikel verscheen in Jazzism #6.
———————————————-

Perquisite is een van de aardigste (en intelligentste) mensen die er in de muziekwereld rondlopen. Hij werkt veel met andere muzikanten samen, en ik had al vernomen dat hij met Kris Berry werkte. Heel nieuwsgierig was ik naar het resultaat, dus toen hij vroeg of ik hun bio wilde schrijven was ik dubbelblij: niet alleen omdat ik de bio mocht schrijven, maar ook omdat ik als eerste in zijn studio de tracks mocht horen. Ik vroeg Jazzism direct om een artikel, dat gelukkig toehapte. Zo mocht ik ook mee naar de oefenruimte voor een artikel dat zowel reportage als interview werd. Gezien het succes van Lovestruck Puzzles moet het wel vreemd lopen wil er geen vervolg komen op de samenwerking tussen Kris & Perq.