Monthly Archives: november 2010

Moet je horen: Marina & The Diamonds – Obsessions (oOoOO remix)


In januari van dit jaar werd Marina & The Diamonds door de Engelse muziekprofessionals getipt als één van de breakthrough acts van 2010. Dat is niet helemaal gelukt; daarvoor was haar debuutplaat Family Jewels toch te wisselvallig (recensie hier). Laten we wel wezen, sommige van haar teksten konden écht niet. En wat doe je dan, als je een majorlabel bent en je moet zorgen dat je de investeringen er weer uithaalt en je door de sterke singles heen bent? Dan vraag je enkele van de hotste producers/remixers around of ze een track willen remixen. Het resultaat van deze oOoOO-remix is tien keer beter dan het origineel, en compleet anders.

Bezems bij de deur: Witch house


‘Nog nooit van gehoord. Witch house zei je?’. Ja, ze zijn soms lachen, de reacties die ik krijg als ik over witch house begin. Van verschillende collega’s die de jaren tachtig bewust hebben meegemaakt krijg ik de reactie ‘dat is gewoon wave’, anderen halen hun schouders op voor het zoveelste sub-subgenre. Beiden hebben een enigszins gelijk, maar gooien het kind met het badwater weg.

Want in de marges en rafelranden van de kunst gebeuren de spannendste dingen, daarmee vertel ik niets nieuws. Bovendien, in een tijd dat er in de muziek al jaren geen echt baanbrekend nieuw genre meer is gelanceerd moet je wel de sub-subgenres induiken als je iets echt spannends en vernieuwends wilt horen. Daar waar muziek niet gemaakt wordt voor een massapubliek maar waar geprobeerd wordt iets nieuws te maken. Waar gitaarriffs uit de metal worden gecombineerd met r&b beats bijvoorbeeld, of jazz even de stratosfeer wordt ingeschoten met behulp van breakbeats. Of er met behulp van vertraagde vocalen en brakke synthesizers duistere klanktapijten worden geweven die witch house, drag, grave wave of haunted house worden genoemd. Muziek die niet pleast, maar verontrust, intrigeert, fascineert en soms irriteert. En waarvan de makers veelal anoniem zijn. Niet alleen omdat ze achter onuitspreekbare en vaak ook onGooglebare bandnamen met logo’s schuilgaan als ///▲▲▲\\\, †‡† of ℑ⊇≥◊≤⊆ℜ, maar ook omdat ze geen beeldmateriaal van zichzelf vrijgeven.

Een genre dat overigens gelabeld werd op Last.FM, een unicum. Nu was het eens niet een journalist die een naambordje op een groep artiesten die een gemeenschappelijke sound hebben drukte, maar de muziekconsument zelf. Ook hier neemt de consument het heft in handen en kan de industrie er alleen maar in meegaan. In de Hotlist van augustus schreef ik er al over, nu het genre een meesterwerkje afleverde in de vorm van oOoOO’s Mumbai.

Er verschijnen nu geregeld mixtapes met spannende nieuwe tracks van mensen als deze oOoOO (spreek uit ‘oh’, echte naam Christopher Greenspan), Balam Acab, Salem, †‡† (‘Ritualzzz’) of Stalker. Het label om in de gaten te houden is Tri Angle Records, thuisbasis van Stalker, oOoOO en Balam Acab en komend jaar ook het fraai, zij het wat uit de toon vallende How To Dress Well.

Een andere naam om in de gaten te houden is Becoming Real, die een heel fijne mixtape maakte voor Fact. Je luistert ‘m hier, en let op die geweldige remix van het vrolijke Kissing You van Des’ree die in de handen van Becoming Real opeens heel anders klinkt. FACT Mix 205 – Becoming Real (Nov ’10) by factmag

Radio Mortale week 47

Sinds drie jaar maak ik elke week een uur radio bij het fijne Radio Mortale. Elke werkdag tussen 20 en 21 zendt het programma uit bij Salto via 103.3 FM van de Amsterdamse kabel en 106.8 FM in de ether, en de livestream op www.radiomortale.nl.

Radio Mortale is dik 20 jaar geleden opgericht door een stel enthousiaste vrijwilligers die zich wilden inzetten voor talent van eigen bodem. Niet alleen door te gekke live-avonden te organiseren met getalenteerde, nog onbekende bands die later uitgroeiden tot acts op landelijk niveau (Lucky Fonz III, Seedling, Aux Raus, Zea, Go Back To The Zoo, The Tunes, zZz, Lola Kite, Scram C Baby, Case Mayfield, Hospital Bombers, Ghosttrucker en vele anderen), maar ook door leuke uitzendingen te maken door gepassioneerde muziekliefhebbers die zich inzetten voor bands die (nog) door 3FM genegeerd worden. Aan de term ‘on-Nederlands’ goed hebben we een hekel, in omgekeerd chauvinisme die we bij veel muziekprofessionals tegenkomen geloven we niet.

Aan die insteek is tot op de dag niets veranderd en inmiddels mag Mortale rekenen op flinke bekendheid onder Nederlandse bands. Die komen veelvuldig langs in de studio voor interviews en live-sessies (ik film ze altijd). Ook ik mag me sinds een paar jaar Mortaliaan noemen. Op maandagavond tussen 20 en 21 uur stuur ik vanuit Pakhuis De Zwijger bands en beats van eigen bodem de wereld in. Mijn invalshoek? De nieuwste, vaak nog niet officieel verkrijgbare platen draaien en opkomend talent de ruimte geven, in de meest diverse genres. Je kunt naar mijn uitzendingen luisteren door met je radio af te stemmen op 103.3 FM van de Amsterdamse kabel en 106.8 FM in de ether. Je kunt ook live instemmen op de livestream, of de uitzendingen terug beluisteren via de On Demandfunctie. Even de datum en tijd instellen et voila.

Afgelopen week mocht ik twee uitzendingen maken, door ziekte van onze Tinka. Luister en ontdek toffe nieuwe muziek van eigen bodem. Luister je ook, aanstaande maandag?

Luister hier de uitzending van maandag 22 november. Tracklist:
the soundabout – wie ben ik?
pete philly – mirror (mortalehit van de week)
j is for julliet – cambodia
jah6 – zij gelooft in mij
adhd spietmobiel – margrita bonita
the foreign exchange – authenticity
caro emerald – stuck (kypski remix)
the tunes – elisabeth taylor
let’s go eskimo – waist down
rufus kain – alleen samen
jorgen ben-jamin – frontlines
people get ready – weeds in the wheat
joep pelt & black moses ngwenya – turn on the light
lucky fonz iii ft fresku – Jongens (remix)

Luister hier de uitzending van dinsdag 23 november. Tracklist:
amarins & le gatte negra – ciao manu
pete philly – mirror (mortalehit van de week)
hartog – yesterdays
dazzled kid – yes no maybe
anneke van giersbergen en agua d’annique – witnesses
the tunes – elisabeth taylor
knupperpouf – stamgasten
houses – suicide
happy camper ft leine – stop fooling yourself
ivo bernard – the motorboat
eklin – belled
puin + hoop – bomendocumentaire
fine china superbone – untitled #1

Rumer has it

Ik kom uit een TROS-gezin. Geregeld heb ik mijn ouders stilletjes vervloekt dat ze me niet lieten opgroeien met verantwoorde documentaires, films en muziek die de VPRO in de ether slingerden. Voor kleine Jasper geen Beatles, Stones, en Dylan. Nee, het was Ter Land, Ter Zee en In De Lucht op de buis en Pavarotti, Bocelli en Benny Neyman (moeder) en The Carpenters, Simon & Garfunkel, de soundtracks van Dirty Dancing en Ennio Morricone (vader) onder de naald.

Gek werden ze dan ook toen ik op mijn dertiende fan werd van Guns N’ Roses en ze constant Axl en co. door het huis hoorden loeien. Eindelijk échte muziek. Gelukkig hield ook dat op. Als puber stortte ik me op de jaargangen OOR, Watt en Opscene die de bescheiden fonotheek van Purmerend me bood en spelde ze van A tot Z. Door recensenten (sommige zijn inmiddels collega’s) geprezen en als belangrijk aangemerkte platen werden ter plekke geleend en op cassettebandje overgenomen. Als een van hen schreef dat Guns n’ Roses de mosterd haalde bij de Sex Pistols, Led Zeppelin en Aerosmith dan leende ik ook hun platen. Een andere belangrijke bron was de Rolling Stone. Die had een bewaarnummer gemaakt met daarin de beste 500 platen aller tijden. Natuurlijk moest ik de Heilige Graal van de popmuziek, die top 10, van voor tot achter kennen. Ik wilde weten welke nieuwe muziek de moeite waard was, welke bouwstenen van de popmuziek ik moest kennen, en waar mijn helden de mosterd vandaan haalden.

Het vormde prima studiemateriaal tijdens het kranten lopen. Terwijl ik door de stad zoefde om het Nieuws van de Dag bij de weinige abonnees te bezorgen luisterde ik Jeff Buckley, Magazine, Sex Pistols of Underworld (ergens in die menigte op Pinkpop ’99 sta ik ook). Hoe vaak ik op zaterdagochtend wel niet voor dag en dauw de krant heb bezorgd met Second Toughest In The Infants op de oren, ik zou het niet weten. Zet ik de plaat nu op dan zie ik mezelf weer met slaperige ogen de schuur open doen om mijn fiets te pakken.

Het besef dat het wel meeviel met de muzieksmaak van mijn ouders kwam pas na mijn twintigste. Dat die live-plaat van Simon & Garfunkel weliswaar enorm zoet was, maar ze ook heel goede liedjes en mooie samenzang hadden. Dat Dirty Dancing een draak van een film is maar een steengoeie soundtrack met o.a. Solomon Burke heeft. Dat The Carpenters brave en verantwoorde CDA-pop maakten, maar Karen Carpenter een stem als IJslands gletsjerwater had en haar broer wiens naam ik nooit onthouden heb (hij heet Richard, leert wiki mij) goede compacte popliedjes schreef met een sterke hook (of naar zijn hand kon zetten).

Twee jaar terug in China viel het me op hoe populair ze daar nog waren en hoe tijdloos de liedjes. Hier in Nederland zijn The Carpenters bijna vergeten. Vorig jaar noemde ik ze in mijn artikel voor OOR over The xx. De productie van Jamie Smith deed me denken aan de sound van Richard Carpenter, zo verzorgd, warm, minimalistisch en geplaatst. Ik was een van de weinigen. De komende maanden zullen we de naam van Karen Carpenter gelukkig vaak terugzien. De reden is zangeres Sarah Joyce. Haar stem doet niet een klein beetje aan die van Karen Carpenter denken. Joyce heeft als artiestennaam Rumer, waaronder ze onlangs in haar thuisland Engeland debuteerde met het album Seasons Of My Soul. Het is een fraaie, warme plaat geworden die misschien nét even te gladjes is voor de groep muziekliefhebbers waar ik mezelf onder schaar, maar het in zich heeft om bijvoorbeeld een zelfde grote groep mensen aan te spreken als Norah Jones. Ik ben in ieder geval om.

In Nederland komt Seasons Of My Soul pas in februari uit. De wegen van platenmaatschappijen zijn soms ondoorgrondelijk. Als het journaille haar klassiekers kent zal tegen die tijd de naam van Karen Carpenter geregeld opduiken in artikelen over Rumer. Het is dan aan de muziekhongerige, lezende 15-jarigen in fonotheken of achter pc’s om de muziek van The Carpenters te ontdekken en hun muziek een revival te gunnen. Helaas zal Karen Carpenter het zelf niet meemaken: ze overleed in 1983 aan anorexia.

Case Mayfield bij Radio Mortale: ‘Volwassen mannen huilen bij mijn muziek’

Case Mayfield
Foto: Sarah Oranje

Afgelopen maandag was Case Mayfield te gast in mijn wekelijkse radioshow bij het fijne Radio Mortale. Ik heb bijna elke week opkomend Nederlands talent in de studio voor een interview en een live-sessie, vaak met heel leuk resultaat. Omdat het lokale omroep is kunnen we bands relatief veel aandacht schenken en langer met ze praten dan één minuut. Bovendien is het op een goede tijd en niet midden in de nacht, zoals bij veel andere radioprogramma’s die Nederlands talent aandacht schenken. Dat zorgt er voor dat bands zich erg thuis voelen bij Mortale. Er gaat bijna geen week voorbij dat we te horen krijgen dat het zo gezellig en leuk was. Het resultaat van de live-sessies kun je zien op ons speciale YouTube-kanaal, want ik film deze sessies altijd.

De sessie met Case was echter een speciale. Vorig jaar deed de inmiddels 23-jarige singer-songwriter mee aan Mooie Noten, de singer-songwritercompetitie voor beginnende muzikanten. Ik zat in de jury. Bij zijn optreden in de voorronde was ik niet overtuigd van zijn kunsten. Wat ik precies in mijn juryrapport schreef weet ik niet meer, wel dat ik dankbaar was dat de twee andere juryleden wel overtuigd waren van zijn kunnen. Bij de volgende ronde kwam ik namelijk tot inkeer en raakte onder de indruk van de Volendamse Amsterdammer.

Het was dat hij het op moest nemen tegen de grandioze Lake Montgomery die nét even wat verder was in haar muzikale ontwikkeling, anders had hij gewonnen. Nu werd hij tweede, ook geen schande. Omdat inmiddels heel Mortale onder de indruk was van zijn kunsten vroegen we hem een paar maanden later te komen spelen bij de live-avond die Radio Mortale om de twee maanden organiseert. Dat deed hij. Helaas kwam hij niet helemaal uit de verf en kwetterde het binnenstromende publiek vaak boven zijn liedjes uit. Risico van het vak.

Zijn muziek is namelijk zo breekbaar dat absolute aandacht vereist is. Na afloop van dat optreden heb ik anderhalf uur met hem gesproken en hem een klein duwtje in de goede richting gegeven. Zoals bij zoveel beginnende muzikanten dacht hij dat het hele gebeuren om de muziek heen een ondoordringbaar gebeuren was. Uit ervaring weet ik dat als je een en ander uitlegt ze door de bomen het bos opeens wel zien. Dat gold ook voor Case. In ruil voor appeltaart speelde hij overal in Amsterdam, werd geselecteerd voor de Popronde en speelde overal en nergens, kwam door de voorrondes van de Grote Prijs en dook met Ro Halfhide de studio in voor een EP. Die is er nu.

Case Mayfield, getekend door Henk Langeveld

Het is een prachtig mini-album geworden zonder ook maar een minder liedje. Precies zoals het hoort, kortom. Bij Mortale waren we best wel een beetje trots op hem; wat wij in hem hoorden maakte hij nu waar. Je kunt hier zelf oordelen.

Twee weken terug presenteerde hij de EP in het fijne Pakhuis Wilhelmina. Talloze vrienden, fans en familie waren langsgekomen. Zelf moest ik, in verband met de Muzikantendag waar ik moest werken, verstek laten gaan. De presentatie was een groot succes, vertelde Mayfield tijdens het interview bij Mortale: “Na afloop was ik enorm dankbaar. Ik wilde iedereen bedanken. Niet vanaf het podium, maar ze omhelzen en knuffelen.”

Met de reacties die zijn muziek teweeg kan brengen moet hij nog weleens wennen. “Ik heb weleens volwassen mannen die tijdens mijn optreden moeten huilen. Na afloop van het optreden komen ze dan naar mij toe om me te bedanken. Ik weet nog niet helemaal hoe ik daar mee moet omgaan. Meestal zeg ik dan ook maar ‘bedankt'”.

Toen hij vervolgens Our Mom live in de studio speelde viel ik compleet stil. Ik had hem vaker zien spelen, maar niet zo’n privéconcert voor mij alleen en niet zo goed. Na afloop zaten we beiden met tranen in de ogen. Het programma is de komende 2 maanden hier terug te luisteren. Gelukkig zijn er ook beelden van die langer online blijven staan:

Beth Hart krabbelt altijd weer omhoog

Beth Hart

Beth Hart

Vandaag stond mijn artikel over Beth Hart in het Algemeen Dagblad. Ingekort, want er bleken plotseling extra advertenties verkocht te zijn. Kan gebeuren, even slikken en doorgaan. Gelukkig is er internet. Daarom kan je hier het complete artikel lezen.

Vandaag stond mijn artikel over Beth Hart dan eindelijk in het AD. Eindelijk, want eigenlijk zou het afgelopen zaterdag reeds in de krant staan. Veel last-minute advertenties gooiden roet in het eten en ook voor de krant van vandaag waren er dusdanig veel advertenties verkocht dat er minder ruimte was voor kopij. Vandaar dat mijn artikel behoorlijk is ingekort, zoals je hier kunt lezen (sorry, mijn scanner staat niet hier). Vind ik het erg? Leuk is anders. Aan de andere kant: als redacteur weet ik dat je blad of krant nog meer dan van abonnees afhankelijk is van advertenties en dat mijn huur daar voor een groot deel door wordt betaald. Even slikken dus en accepteren. De versie die ik schreef lees je hier.

Beth Hart krabbelt altijd weer omhoog
In de aanloop naar haar vijfde album My California legde Beth Hart een lange weg af. De Amerikaanse bluesrockzangeres lijdt aan een bipolaire stoornis en moest zich onder behandeling laten stellen voor ze haar nieuwe plaat kon maken.
Door Jasper van Vugt

Huilend stort Beth Hart zich in mijn armen. Dikke tranen rollen over de wangen van de 38-jarige zangeres als ze vertelt wat ze hoopt te bereiken met haar muziek. Al vijf platen lang bezingt ze gebeurtenissen uit haar leven, waarin foute mannen, bedriegende managers, een alcohol- en drugsverslaving en een ellendige jeugd de boventoon voeren. Elke keer weet ze de kracht op te brengen om zichzelf weer uit de goot omhoog te trekken. Haar ervaringen weet ze om te zetten in iets positiefs: haar muziek, een mix van blues, rock, country en folk. “Ik ontmoet mensen die nog veel meer ellende hebben meegemaakt dan ik en ik zie hoe sommige van hen het leven opgeven. Anderen komen er bovenop en proberen op hun beurt mensen in nood te helpen. Zo iemand wil ik ook zijn. Als ik niet zing over mijn wat ik heb meegemaakt dan heeft het geen betekenis meer. Nu hoop ik dat fans steun halen uit mijn muziek en er iets van leren. Zodat al dat verdriet en die ellende niet voor niets is geweest.”

De getatoeëerde Amerikaanse staat bekend om haar intense manier van optreden. Naast hits als Leave The Light On en LA Song (Out Of This Town) is het een van de factoren die haar enorme populariteit in Noord- en West-Europa verklaren. Ze treedt dan ook veel op in deze contreien, waar haar optredens vrijwel zonder uitzondering uitverkopen. Live gaat ze volledig op in de liedjes als ze zingt over de gebeurtenissen uit haar leven. De artiest en de mens Beth Hart zijn één; ze is waarover ze zingt. Drie jaar geleden, bij de tournee rond haar vorige album 37 Days, gaat dat mis. “Ik had last van hallucinaties. Ik dacht dat mensen me uitjoelden, naar me schreeuwden en van alles naar mijn hoofd gooiden als ik optrad” legt ze uit. “’s Nachts kon ik er niet van slapen. Daardoor verloor ik mijn stem en moesten er steeds optredens afgezegd worden.”

In Denemarken stort ze in. De tournee wordt afgeblazen en ze bezoekt een arts. Hij stelt de diagnose dat ze bipolair is; manisch-depressief. Het liefst wil hij haar meteen opnemen in een psychiatrische kliniek. Dat doet ze, thuis in Los Angeles. “Die diagnose werd elf jaar geleden ook al getrokken” legt ze uit. “Destijds wilde ik daar niets van weten. Dat was in de tijd dat ik net van de drugs af was. ‘Natuurlijk niet’ zei ik tegen de dokter, ‘die stemmingswisselingen komen door de drugs’.” De diagnose komt als een enorme klap aan. Na in de jaren negentig enkele keren volledig het spoor bijster te zijn geweest leek ze de laatste jaren alles op orde te hebben. Ze is gelukkig getrouwd met Scott, een grote blonde man die haar goed in de gaten houdt, en woont in Silver Lake, de oude wijk van Los Angeles waar veel kunstenaars en muzikanten wonen. Alles leek in orde. “Ik was enorm teleurgesteld in mezelf. Hier was ik, volwassen, getrouwd, succesvol in Europa en al jaren van de drank en drugs af. Nog niet helemaal op de plek waar ik wil zijn, maar wel op het pad terug omhoog. En vervolgens gebeurt dit plotseling.” Met hulp van een therapeut en medicijnen komt ze er langzaam weer bovenop. “In het verleden heb ik de medicijnen nog geweigerd. Deze keer niet. Ik ben er erg blij mee. De therapeut liet me inzien dat ik mezelf constant neersabelde en kleineerde. Dat gedragspatroon veranderen bleek lastiger te zijn dan afkicken van de drank en drugs.”

Juist op het moment dat ze er aan werkt om haar geestelijke huishouding op orde te brengen overlijdt haar zus Sharon. Die gebeurtenissen zijn haar niet in de koude kleren gaan zitten, zo leert haar onlangs verschenen vijfde album My California. Titels als Weight Of The World, Take It Easy On Me en Happiness spreken voor zich. Ze weet de pijn en nare ervaringen om te zetten in iets moois; haar muziek. “Ik weet dat ik mezelf constant pijn doe. Elke keer dat ik mezelf bezeer word ik minder angstig om te durven leven. Daarna kan ik meer genieten van de goede momenten die het leven biedt. Ik weiger om de ellende mij te laten belemmeren van het leven te genieten. De duisternis mag simpelweg niet winnen.”
Beth Hart live: 9 nov, Paradiso, Amsterdam. 11 nov, Metropool, Hengelo. 13 nov, Oosterpoort, Groningen. 17 nov, Paard van Troje, Den Haag. 19 nov, De Schaaf, Leeuwarden. 21 nov, 013, Tilburg. 24 nov, Tivoli, Utrecht.